Article

Actualiteit : Gerecht van de Europese Unie, 13/12/2016, T-95/15, Printeos SA e.a./Commissie, R.D.C.-T.B.H., 2017/3, p. 336-337

Gerecht van de Europese Unie 13 december 2016

Printeos SA e.a. / Commissie

Zaak: T-95/15
MEDEDINGING
Europees mededingingsrecht - Procedure - Artikel 101 VWEU - Schikking


CONCURRENCE
Droit européen de la concurrence - Procédure - Article 101 TFUE - Transaction


Het Gerecht van de Europese Unie heeft in een arrest van 13 december 2016 een besluit van de Europese Commissie vernietigd, waarbij deze de enveloppeproducent Printeos een boete van 4,7 miljoen EUR had opgelegd. Dit is het eerste arrest waarin een schikkingsbesluit van de Commissie met succes werd aangevochten.

De Commissie had vastgesteld dat bepaalde enveloppeproducenten zich schuldig hadden gemaakt aan een kartelinbreuk. Aangezien alle partijen hun deelname erkenden, maakte de Commissie gebruik van de schikkingsprocedure. Dat betekent dat de partijen akkoord gingen met de vaststellingen van de Commissie, en in ruil daarvoor een boetevermindering van 10% kregen.

Printeos ging dus akkoord met de vaststelling dat zij had deelgenomen aan een verboden kartelafspraak, maar wierp op dat de Commissie op niet-transparante en discriminerende wijze bepaalde boeteverminderingen had toegekend.

De Commissie had in de schikkingsbeslissing een bepaling van haar boeterichtsnoeren ingeroepen die de Commissie toelaat om in het licht van bijzondere kenmerken van een gegeven zaak af te wijken van haar boeterichtsnoeren. Op basis van deze bepaling besliste de Commissie bijkomende kortingen toe te kennen aan bepaalde ondernemingen. De Commissie liet evenwel na uit te leggen hoe zij die kortingen precies had berekend, en waarom Printeos minder korting kreeg dan andere ondernemingen.

Het Gerecht oordeelde dat ook een schikkingsbesluit van de Commissie volledig onderworpen is aan de motiveringsplicht. Dat wil zeggen dat de besluit van de Commissie duidelijk en ondubbelzinnig haar redenering moet verduidelijken, zodat een belanghebbende kan nagaan of het besluit gebrekkig is en de rechter de wettigheid van het besluit kan controleren. In dit geval moest de Commissie dus duidelijk uitleggen waarom en hoe het had afgeweken van haar boeterichtsnoeren.

Het Gerecht stelde vast dat het besluit niet uitlegde hoe de Commissie die kortingen had berekend. Daardoor kon Printeos niet nagaan of er sprake was van een discriminatie. Op basis van deze vaststelling vernietigde het Gerecht het besluit.

Het arrest verhindert niet dat de Commissie een nieuwe boete oplegt, maar dan zal de Commissie wel haar berekening van de kortingen moeten uitleggen, in overeenstemming met de motiveringsplicht.