Uit artikel 62, tweede lid W.Verz. volgt dat enkel de persoonlijke grove schuld van de verzekerde uit de dekking gesloten kan worden en de verzekerde die zelf geen grove schuld heeft begaan, gedekt blijft, ook al heeft een andere verzekerde met betrekking tot hetzelfde schadegeval een grove fout begaan.
grove schuld - grove fout - verzekering - persoonlijk karakter - verzekeringsrecht - verzekerde - dekking - aangestelde - persoonlijke karakter - persoonlijke karakter van opzet - verzekeraar - verwijzing - schadegeval - grove fout van de verzekerde - bewoordingen - oordeel van het hof - opzettelijke fout - schadegeval opzettelijk - ongeval -...
Een kennisgeving door de verzekeraar aan de verzekeringstussenpersoon zonder de bewezen hoedanigheid van vertegenwoordiger of lasthebber van de verzekerde is geen kennisgeving die de stuiting van de verjaring beëindigt in de zin van artikel 89, § 3 W.Verz. Het beding in een verzekering BA uitbating dat van de dekking uitsluit: “de …
Krachtens artikel 8.4, eerste lid BW behoort het aan de verzekerde, die van een verzekeraar de uitvoering van een verbintenis vordert, om het bestaan van het schadegeval te bewijzen en aan te tonen dat dit schadegeval binnen de dekking valt, zoals zij voortvloeit uit de contractuele omschrijving van het risico …
Krachtens artikel 8.4, eerste lid BW behoort het aan de verzekerde, die van een verzekeraar de uitvoering van een verbintenis vordert, om het bestaan van het schadegeval te bewijzen en aan te tonen dat dit schadegeval binnen de dekking valt, zoals zij voortvloeit uit de contractuele omschrijving van het risico …
Op de verzekeraar die beweert bevrijd te zijn van zijn verbintenissen rust de bewijslast dat de uitsluitingsgrond in de algemene voorwaarden deel uitmaakt van de tussen partijen gesloten verzekeringsovereenkomst en van toepassing is op het concrete schadegeval waarvan de verzekerde aangifte heeft gedaan …
De kennisgeving door de verzekeraar van zijn beslissing om te vergoeden of van zijn weigering bedoeld in artikel 89, § 5 W.Verz. moet, opdat deze een einde zou maken aan de stuitende werking, duidelijk en ondubbelzinnig zijn, in die zin dat de benadeelde er naar redelijkheid uit kan afleiden dat de verzekeraar met die kennisgeving definitief een …