Having as author: Olivier Vanden Berghe

uw zoekopdracht wijzigen

Algemeen handelsrecht

Wet Productaansprakelijkheid als wettelijke aansprakelijkheidsbeperking?

· Olivier Vanden Berghe

In een noemenswaardig arrest van 14 maart 2024 (C.23.0100.N) heeft het Hof van Cassatie geoordeeld dat de Wet Productaansprakelijkheid de toepassing beperkt van de buitencontractuele foutaansprakelijkheid van artikel 1382 en 1383 Oud Burgerlijk Wetboek. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Précision du contenu du document d’information précontractuelle dans les accords de partenariat commercial – Loi du 8 février 2024

· Olivier Vanden Berghe

En vertu du livre X, titre 2, du code de droit économique, un document d'information précontractuelle doit être communiqué au moins un mois avant toute conclusion d'un accord de coopération commerciale, sous peine de nullité. Le document d’information précontractuelle (DIP) doit reprendre entre autres les « dispositions contractuelles importantes, pour autant qu'elles soient prévues dans l'accord de partenariat commercial » (art. X28 §1, 1°). La liste qui suit, et qui énumère ces dispositions contractuelles devant être reprises, vient d’être modifiée par une loi adoptée le 8 février 2024. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Boek 6 Burgerlijk Wetboek “Buitencontractuele aansprakelijkheid” goedgekeurd

· Olivier Vanden Berghe

Op 2 februari 2024 werd  Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek aangenomen door de Kamer. Het zal gepubliceerd worden in juni 2024 en in werking treden op 1 januari 2025. Hierna een aantal voor ondernemingen relevante nieuwigheden en preciseringen: ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

L’action contre l’agent d’exécution sera finalement extracontractuelle – abandon de la piste de l’action directe

· Olivier Vanden Berghe

Le projet de loi du 8 mars 2023 portant le livre 6 “La responsabilité extracontractuelle” du Code civil visait à mettait fin à la quasi-immunité de l’agent d’exécution. Selon le projet, une personne lésée pourrait donc dorénavant invoquer la responsabilité extracontractuelle de l’auxiliaire de son cocontractant. L’auxiliaire pourrait opposer les exceptions (comme les clauses d’exonération) du contrat principal, mais non celles de son propre contrat, ce qui avait suscité de nombreuses critiques. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Cassatie bevestigt: risico verplichte sluiting winkels door coronamaatregelen ligt bij de verhuurder – Cass. 7 september 2023

· Olivier Vanden Berghe

Art. 1722 Oud BW luidt: “Indien het verhuurde goed gedurende de huurtijd door toeval geheel is teniet gegaan, is de huur van rechtswege ontbonden; indien het goed slechts ten dele is teniet gegaan, kan de huurder, naar gelang van de omstandigheden, ofwel vermindering van de prijs, ofwel zelfs ontbinding van de huur vorderen. In geen van beide gevallen is schadeloosstelling verschuldigd.” In een arrest van 26 mei 2023 (C.22.0296.N) had het Hof van Cassatie reeds geoordeeld dat een huurder zich kan beroepen op dit artikel ook indien de genotsstoornis tijdelijk is. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Verregaande restitutie en schadevergoeding na vernietiging van een commerciële samenwerkingsovereenkomst wegens schending van de precontractuele informatieverplichtingen – Cass. 2 juni 2023

· Olivier Vanden Berghe

Krachtens Boek X Titel 2 Wetboek Economisch Recht moet voorafgaand aan een commerciële samenwerkingsovereenkomst (zoals gedefinieerd in art. I.11 WER) een precontractueel informatiedocument worden meegedeeld, en mag er gedurende een bedenktermijn van één maand geen enkele verbintenis worden aangegaan.  In geval van niet-naleving kan de begunstigde van de bepaling de nietigheid van de commerciële samenwerkingsovereenkomst inroepen binnen twee jaar na het sluiten van de overeenkomst. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Voorontwerp van wet inzake prijsindexeringsclausules

· Olivier Vanden Berghe

Krachtens artikel 57 van de Wet van 30 maart 1976 betreffende de economische herstelmaatregelen zijn automatische prijsindexeringsclausules verwijzend naar algemene indexen zoals de consumptieprijsindex of de gezondheidsindex verboden (behoudens uitzonderingen zoals in huurovereenkomsten of overeenkomsten met een buitenlands element). Automatische prijsaanpassingsbedingen worden onderworpen aan specifieke beperkingen. Zij moeten verwijzen naar parameters die de reële kosten vertegenwoordigen, in verhouding tot hun aandeel in de prijs, en de prijsherziening mag slechts worden toegepast op maximum 80% van de eindprijs. Deze regeling wordt geanalyseerd in een bijdrage in het nummer 2023/3 van het Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Cassatie beslecht de controverse inzake handelshuur tijdens de covid-lockdown: de huurder is tijdelijk bevrijd door de risicoleer - Cass. 26 mei 2023

· Olivier Vanden Berghe

De verplichte sluiting van winkels tijdens de covid-pandemie heeft geleid tot zeer uiteenlopende uitspraken. Sommige rechters oordeelden dat de handelshuurder onverminderd gehouden bleef tot betaling van de huur. Anderen oordeelden, op basis van de goede trouw en het verbod op rechtsmibruik, dat de gevolgen van de maatregelen moesten verdeeld worden en de huur verminderd. Nog anderen wezen elke veroordeling tot huurbetaling tijdens de sluiting af, omdat de  verhuurder door overmacht verhinderd was het rustig huurgenot te verschaffen aan de huurder,  en/of omwille van het tenietgaan van de gehuurde zaak (art. 1722 Oud BW) waardoor de huurder tijdens de verplichte sluiting een huur hoefde te betalen. In een arrest van 26 mei 2023 (C.22.0296.N) keurt het Hof van Cassatie deze laatste oplossing principieel goed. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

L'impossible concours entre responsabilité contractuelle et extracontractuelle - Cass.  25 mai 2023

· Olivier Vanden Berghe

Selon la jurisprudence actuelle de la Cour de cassation (depuis l'arrêt du 29 septembre 2006 (C.03.0502.N), la responsabilité extracontractuelle d’une partie contractante ne peut être engagée à l’égard de son cocontractant que si la faute qui lui est imputée constitue un manquement non seulement à l’obligation contractuelle mais aussi à l’obligation générale de prudence et que cette faute a causé un dommage autre que celui qui résulte de la mauvaise exécution du contrat. Un récent arrêt de la Cour de cassation du 25 mai 2023 (C.21.0425.F et C.22.0120.F) confirme à quel point une telle action extracontractuelle est quasiment exclue dans la pratique. Un moteur vendu par une société Rotor avait été intégré par une société Holtrop dans un ventilateur, acheté par une société Halwena, qui l'avait à son tour vendu à la société Stock Américain, où le moteur avait pris feu, détruisant l'immeuble de cette société. La victime et son assureur avaient été indemnisés, sur base contractuelle, par l'assureur de Halwena, qui s'était retourné tant contre Holtrop, le vendeur du ventilateur, que contre Rotor, le fournisseur du moteur, dans les deux cas sur base des articles 1382 et 1383 de l'ancien Code civil. Dans un arrêt du 19 novembre 2020 la cour d'appel de Liège avait déclaré ces deux demandes extractontractuelles fondées. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Concession de vente de durée indéterminée: le "juste motif" sans manquement grave ne permet pas une résolution sans préavis - Cass. 11 mai 2023

· Olivier Vanden Berghe

Un contrat de distribution sélective entre Rolex Benelux et une bijouterie contenait une clause permettant à Rolex de résoudre le contrat non seulement en cas de violation du contrat par le distributeur, mais également "pour tout autre juste motif". Suite à l'inculpation et l’arrestation des administrateurs de la bijouterie pour des faits de fraude à la taxe sur la valeur ajoutée, faux et usage de faux, Rolex avait mis fin au contrat avec effet immédiat en invoquant les reproches faits à l'égard des dirigeants, susceptibles de nuire à sa réputation (juste motif), outre des  manquements à des obligations contractuelles (fermeture du magasin, défaut de stock, impayés et défaut d’investissements). La Cour d'appel de Bruxelles avait validé la résolution effectuée par Rolex sur base du juste motif. En tenant compte de la renommée de la marque Rolex elle avait décidé que les faits relatés, objectivement graves, ainsi que le lien opéré dans la presse avec la marque et les montres Rolex et la large couverture qui avait été réservée à l'affaire, étaient de nature à nuire à la réputation de Rolex, ce qui dans ces circonstance constituait non un manquement contractuel du distributeur, ...

Lees de bijdrage