RECHTSPLEGING

Algemeen handelsrecht

Opnieuw verhoging van de rechtsplegingsvergoeding vanaf 1 april 2022

· . Library

Krachtens artikel 8 van het KB van 26 oktober 2007 tot vaststelling van het tarief van de rechtsplegingsvergoeding zijn de basis-, minimum- en maximumbedragen gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (basis 2004). Telkens wanneer het indexcijfer met 10 punten stijgt of daalt, worden deze bedragen met 10 procent vermeerderd of verminderd. De vorige verhoging dateerde slechts van juni 2021. De hoge energieprijzen zijn de grote oorzaak van de alsmaar stijgende inflatie. Nu de index van de consumptieprijzen van maart 2022 (basis 2004) 10 punten boven die van de vorige verhoging uitstijgt, worden de bedragen uit voornoemd KB nogmaals met 10% verhoogd vanaf 1 april 2022. Bron tabel: Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders van België ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Invoering van een publieke databank voor beslissingen van de rechterlijke macht - Wet van 5 mei 2019

· Jonas Vansevenant

Invoering van een algemene publieke databank voor gerechtelijke beslissingen De wet van 5 mei 2019 “tot wijziging van het Wetboek van strafvordering en het Gerechtelijk Wetboek wat de bekendmaking van de vonnissen en arresten betreft” werd gepubliceerd op 16 mei 2019. De belangrijkste vernieuwing bestaat erin dat rechterlijke beslissingen in de regel zullen dienen te worden opgenomen in een “publiek toegankelijke elektronische databank  van vonnissen en arresten van de rechterlijke orde”.   Uit de beslissing worden de gegevens die de rechtstreekse identificatie van de partijen en de andere personen betrokken in de zaak toelaten, weggelaten. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Nederlandstalige ondernemingsrechtbank Brussel - Tekort aan magistraten veroorzaakt belangrijke vertragingen

· Olivier Vanden Berghe

In een persbericht van 4 februari 2019 meldt de voorzitster van de Nederlandstalige ondernemingsrechtbank van Brussel dat het tekort aan magistraten een belangrijke impact zal hebben op de te behandelen zaken. Door de beperkte toekenning van magistraten aan de Nederlandstalige ondernemingsrechtbank en door omstandigheden zijn er nu slechts zeven en binnenkort  slechts zes magistraten beschikbaar (terwijl er volgens een werklastmeting uit 2013 16 magistraten nodig zijn).  Het is onmogelijk om de toestroom van zaken (9606 in 2018) met het huidige aantal rechters te behandelen binnen de termijnen die voorheen konden aangehouden worden, aldus het persbericht. Voorrang zal worden gegeven aan kort geding en procedures zoals in kort geding, de inleidingskamer (1ste kamer) en de schikkingskamer (1ste bis kamer), de kamers voor ondernemingen in moeilijkheden en insolventieprocedures (2de, 3de en 4de  kamer), en collectieve vorderingen (11de kamer). ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Wering van laattijdige conclusies - Cass. 29 januari 2018

· Olivier Vanden Berghe

In een arrest van 29 januari 2018 (C.17.0466.N) oordeelde het Hof van Cassatie dat een rechter die ambsthalve laattijdige conclusies uit de debatten weert zonder de partijen hieromtrent te hebben gehoord het algemeen rechtsbeginsel van het recht van verdediging miskent. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Engelstalige Brussels International Business Court voor de beslechting van grensoverschrijdende handelsgeschillen

· Olivier Vanden Berghe

Op de Ministeraad van 27 oktober 2017 werd op voorstel van minister van Justitie Koen Geens een voorontwerp van wet goedgekeurd houdende oprichting van het Brussels International Business Court, een gespecialiseerde overheidsrechtbank die grensoverschrijdende handelsgeschillen kan beslechten in het Engels en in eerste en laastste aanleg. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Invordering onbetwiste geldschulden: de klassieke gerechtelijke invorderingsprocedure blijft mogelijk - Cass. 13 oktober 2017

· Olivier Vanden Berghe

Op 2 juli 2016 trad de nieuwe buitengerechtelijke invorderingsprocedure voor onbetwiste geldschulden in werking (art. 1394/20 en volgende Ger.W.). Een aantal rechtbanken oordeelden dat als een schuldvordering onder het toepassingsvoorwaarden van de nieuwe procedure valt, de schuldeiser deze nieuwe weg moet volgen, en niet de klassieke gerechtelijke invorderingsprocedure.  Zo had de rechtbank van koophandel van Gent, afdeling Kortrijk, in een verstekvonnis van 27 oktober 2016 een invordering weliswaar gegrond verklaard, maar toch de eiser veroordeeld in de kosten, omdat hij  geen gebruik had gemaakt van de procedure voor de buitengerechtelijke invordering van onbetwiste geldschulden. De rechtbank wees erop dat de dagvaarding zelf aangaf dat het ging om een niet-betwiste, vaststaande en opeisbare geldschuld en verwees naar de uitdrukkelijke bedoeling van de wetgever om de rechtbank van koophandel te ontheffen van taken die niets te maken hebben met haar kerntaak, om te besluiten dat er nodeloze kosten waren gemaakt, zoals de kosten van dagvaarding. In een arrest van 13 oktober 2017 (C.17.0120.N) vernietigt het Hof van Cassatie de tenlastelegging van de gedingkosten aan de eiser. ...

Lees de bijdrage