Actualiteit

Bank en financieel recht

Europese Commissie publiceert nieuw pakket aan maatregelen om duurzame financiering te stimuleren

· Nicolas Michiels

Op 13 juni 2023 publiceerde de Europese Commissie een nieuw pakket maatregelen dat voortbouwt op het reeds bestaande EU-raamwerk voor duurzame financiering. Het pakket versterkt het bestaande EU-kader voor duurzame financiering op drie belangrijke gebieden: (i) de EU-taxonomie, (ii) ESG-ratings (Environmental, Social and Governance) en (iii) transitiefinanciering. ...

Lees de bijdrage

Vennootschapsrecht

Transposition en droit belge de la Directive (UE) 2019/2121 relative aux transformations, fusions et scissions transfrontalières

· David Haex

David Haex & Mathilde Drion --- La Directive (UE) 2019/2121 en ce qui concerne les transformations, fusions et scissions transfrontalières a récemment été transposée en droit belge par la loi du 25 mai 2023[1], publiée au Moniteur belge le 6 juin 2023. Elle modifie notamment les livres 12 et 14 du Code des sociétés et des associations (ci-après "CSA") afin de le conformer aux nouvelles dispositions et obligations de la Directive 2019/2121. Les nouvelles règles sont applicables à toute transformation, fusion ou scission dont le projet est déposé au greffe du tribunal de l'entreprise à partir du 16 juin 2023. ...

Lees de bijdrage

Geschillenbeslechting

La Cour constitutionnelle valide, en matière de copropriété, la possibilité pour une entreprise d’être attraite devant le tribunal de l’entreprise ou le tribunal de première instance selon la nature de la personne qui introduit l’action, les justiciables pouvant faire valoir leurs droits d’une manière équivalente devant ces juridictions.

· Laura Savonet

En 2022, le tribunal de première instance néerlandophone de Bruxelles a été saisi d’une action introduite par une association de copropriétaires qui visait à mettre en cause la responsabilité décennale d’un entrepreneur et d’un architecte (ayant adopté la forme juridique d’une société) à la suite d’inondations dans les parties communes d’un immeuble. La question de l’incompétence du tribunal de première instance a été soulevée puisqu’il s’agissait d’une contestation entre entreprises relevant en principe de la compétence exclusive du tribunal de l’entreprise. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Cassatie beslecht de controverse inzake handelshuur tijdens de covid-lockdown: de huurder is tijdelijk bevrijd door de risicoleer - Cass. 26 mei 2023

· Olivier Vanden Berghe

De verplichte sluiting van winkels tijdens de covid-pandemie heeft geleid tot zeer uiteenlopende uitspraken. Sommige rechters oordeelden dat de handelshuurder onverminderd gehouden bleef tot betaling van de huur. Anderen oordeelden, op basis van de goede trouw en het verbod op rechtsmibruik, dat de gevolgen van de maatregelen moesten verdeeld worden en de huur verminderd. Nog anderen wezen elke veroordeling tot huurbetaling tijdens de sluiting af, omdat de  verhuurder door overmacht verhinderd was het rustig huurgenot te verschaffen aan de huurder,  en/of omwille van het tenietgaan van de gehuurde zaak (art. 1722 Oud BW) waardoor de huurder tijdens de verplichte sluiting een huur hoefde te betalen. In een arrest van 26 mei 2023 (C.22.0296.N) keurt het Hof van Cassatie deze laatste oplossing principieel goed. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

L'impossible concours entre responsabilité contractuelle et extracontractuelle - Cass.  25 mai 2023

· Olivier Vanden Berghe

Selon la jurisprudence actuelle de la Cour de cassation (depuis l'arrêt du 29 septembre 2006 (C.03.0502.N), la responsabilité extracontractuelle d’une partie contractante ne peut être engagée à l’égard de son cocontractant que si la faute qui lui est imputée constitue un manquement non seulement à l’obligation contractuelle mais aussi à l’obligation générale de prudence et que cette faute a causé un dommage autre que celui qui résulte de la mauvaise exécution du contrat. Un récent arrêt de la Cour de cassation du 25 mai 2023 (C.21.0425.F et C.22.0120.F) confirme à quel point une telle action extracontractuelle est quasiment exclue dans la pratique. Un moteur vendu par une société Rotor avait été intégré par une société Holtrop dans un ventilateur, acheté par une société Halwena, qui l'avait à son tour vendu à la société Stock Américain, où le moteur avait pris feu, détruisant l'immeuble de cette société. La victime et son assureur avaient été indemnisés, sur base contractuelle, par l'assureur de Halwena, qui s'était retourné tant contre Holtrop, le vendeur du ventilateur, que contre Rotor, le fournisseur du moteur, dans les deux cas sur base des articles 1382 et 1383 de l'ancien Code civil. Dans un arrêt du 19 novembre 2020 la cour d'appel de Liège avait déclaré ces deux demandes extractontractuelles fondées. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Concession de vente de durée indéterminée: le "juste motif" sans manquement grave ne permet pas une résolution sans préavis - Cass. 11 mai 2023

· Olivier Vanden Berghe

Un contrat de distribution sélective entre Rolex Benelux et une bijouterie contenait une clause permettant à Rolex de résoudre le contrat non seulement en cas de violation du contrat par le distributeur, mais également "pour tout autre juste motif". Suite à l'inculpation et l’arrestation des administrateurs de la bijouterie pour des faits de fraude à la taxe sur la valeur ajoutée, faux et usage de faux, Rolex avait mis fin au contrat avec effet immédiat en invoquant les reproches faits à l'égard des dirigeants, susceptibles de nuire à sa réputation (juste motif), outre des  manquements à des obligations contractuelles (fermeture du magasin, défaut de stock, impayés et défaut d’investissements). La Cour d'appel de Bruxelles avait validé la résolution effectuée par Rolex sur base du juste motif. En tenant compte de la renommée de la marque Rolex elle avait décidé que les faits relatés, objectivement graves, ainsi que le lien opéré dans la presse avec la marque et les montres Rolex et la large couverture qui avait été réservée à l'affaire, étaient de nature à nuire à la réputation de Rolex, ce qui dans ces circonstance constituait non un manquement contractuel du distributeur, ...

Lees de bijdrage

Intellectuele eigendomrecht en technologie

Official launch of the Unitary Patent system

· Marie Manhaeve

Marie Manhaeve & Alice Asselberghs --- June 1st 2023 marks the launch of the EU Unitary Patent system that aims to protect innovations in Europe more effectively and easily. This new regime consists of two pillars: the Unitary Patent and the Unified Patent Court. ...

Lees de bijdrage

Insolventie

Homologatie reorganisatieplan ondanks tegenstemmende meerderheid

· Jente Dengler

In een opmerkelijk vonnis van 30 maart 2023 van de ondernemingsrechtbank Henegouwen, afdeling Charleroi, werd waarschijnlijk voor het eerst in de  geschiedenis van de gerechtelijke reorganisatieprocedure een reorganisatieplan van een schuldenaar  gehomologeerd, ondanks een tegenstemmende meerderheid onder diens schuldeisers. Immers, een reorganisatieplan komt in principe maar pas voor homologatie in aanmerking nadat het eerst door de schuldeisers op de stemmingszitting wordt goedgekeurd, of althans door een meerderheid van hen, die minstens de helft van de in hoofdsom verschuldigde bedragen vertegenwoordigen (art. XX.78 WER). In voormelde zaak werd deze goedkeuringsmeerderheid verre van gehaald, nu het reorganisatieplan ruim dubbel zoveel tegenstemmen als positieve stemmen kreeg. Uit e-mailverkeer en briefwisseling bleek echter dat het merendeel van de tegenstemmende schuldeisers uit een welbepaalde groep investeerders bestond die de stemming als een opportuniteit zag om hun bestaande contracten met de schuldenaar te heronderhandelen en tevergeefs hadden gepoogd om betere commerciële voorwaarden te bekomen in ruil voor hun (positieve) stem. Zonder ons in te laten met de eventuele strafrechtelijke kwalificatie van deze feiten (art. 490quater Sw.)[1], oordeelde de rechtbank dat de betrokken schuldeisers in elk geval misbruik hadden gemaakt van hun stemrecht. Enerzijds, in het licht van de wettelijke finaliteit, door het stemrecht in te zetten als pasmunt voor betere contractuele voorwaarden (doelafwending). Anderzijds, rekening houdend met de concrete omstandigheden van de zaak, zoals het feit dat deze nochtans gewone schuldeisers in de opschorting niettemin 100% van hun vordering in hoofdsom zouden recupereren onder het plan (hetgeen in de praktijk zeer zelden voorkomt), de weigering van het plan hen geen betere positie opleverde en de schuldenaar daarentegen in voorkomend geval vrijwel zeker failliet zou gaan. Het juridische gevolg dat de rechtbank hieraan koppelde was dat de met misbruik behepte tegenstemmen buiten beschouwing gelaten moesten worden voor de berekening van de vereiste meerderheden. Dit deed de stemmenweging alsnog overslaan in het voordeel van het reorganisatieplan van de schuldenaar en liet de rechtbank toe over te gaan tot homologatie.     [1] “Met gevangenisstraf van een maand tot twee jaar en met geldboete van 5 euro tot 125 000 euro worden gestraft, (…) (iii) zij die, hetzij met de schuldenaar, hetzij met enige andere persoon, bijzondere voordelen bedongen hebben om de stemming over het reorganisatieplan in een bepaalde richting te sturen of die een bijzondere overeenkomst aangegaan zijn waaruit voor hen een voordeel zou voortvloeien ten laste van het actief van de schuldenaar.” (art. 490quater Sw.) ...

Lees de bijdrage

Insolventie

Cassatie schept duidelijkheid: het bijzonder voorrecht van de onbetaalde verhuurder in art. 20, 1° Hyp.W. is een ‘zakelijke zekerheid’ in de zin van art. I.22, 14° WER.

· Jente Dengler

In een recent arrest van 15 mei 2023 heeft het Hof van Cassatie verduidelijkt dat het bijzonder voorrecht van de onbetaalde verhuurder op alles wat het verhuurde pand stoffeert (art. 20, 1° Hyp.W) kwalificeert als een ‘zakelijke zekerheid’ in de zin van art. I.22, 14° WER. Het gevolg hiervan is dat de onbetaalde verhuurder als ‘buitengewone schuldeiser’ in de opschorting slechts de (beperkte) maatregelen van art. XX.74 WER[1] opgelegd kan krijgen in het kader van een gerechtelijke reorganisatie door collectief akkoord en geen inkorting van zijn vordering zal moeten dulden, althans ten belope van de realisatiewaarde van zijn onderpand. ...

Lees de bijdrage

Geschillenbeslechting

La Cour de cassation confirme l’autonomie procédurale de l’arbitrage par rapport aux règles de procédure civile belge

· Alexandre Hublet

Par un arrêt du 24 avril 2023 (C.21.0548.F/1), la Cour de cassation a tranché en faveur de l’autonomie de la procédure arbitrale par rapport aux dispositions de procédure civile belge. Par ailleurs, elle décide que le rôle du secrétaire d’un tribunal arbitral, agissant sous l’égide du règlement d’arbitrage de la Chambre de commerce internationale et après l’accord des parties, est régi par la « note aux parties et aux tribunaux arbitraux sur la conduite de l’arbitrage de la Chambre de commerce internationale », laquelle autorise les secrétaires à rédiger tout ou partie du projet de sentence, tant que le tribunal arbitral revoit ledit travail. ...

Lees de bijdrage