Having as author: Olivier Vanden Berghe

uw zoekopdracht wijzigen

Algemeen handelsrecht

Handelsagentuur - Niet enkel de commissie, ook de onkostenvergoeding kan meetellen voor de berekening van de uitwinningsvergoeding - Cass. 11 juni 2021

· Olivier Vanden Berghe

Krachtens art. Art. X.18 van het Wetboek van Economisch Recht heeft de handelsagent in bepaalde gevallen na de beëindiging van de handelsagentuurovereenkomst recht op een uitwinningsvergoeding voor het aangebrachte cliënteel of de uitbreiding van de zaken met het bestaande cliënteel. De uitwinningvergoeding mag niet meer bedragen dan het bedrag van een jaar vergoeding berekend op basis van het gemiddelde van de vijf voorafgaande jaren. Van oudsher woedt de discussie over de vraag of onkostenvergoedingen aan de agent mogen meegerekend worden om dit maximum te bepalen. In een arrest van 11 juni 2021 (C.20.0354.N) schijnt het  Hof van Cassatie bevestigend te antwoorden: "Uit artikel X.18 WER en de parlementaire voorbereiding van de Handelsagentuurwet volgt dat de rechter die het bedrag van de uitwinningsvergoeding bepaalt, rekening mag houden met de bedragen die de handelsagent heeft ontvangen in de relevante periode die zijn eigen kosten vergoeden, voor zover deze kosten niet uitzonderlijk zijn en betrekking hebben op de desbetreffende handelsagentuurovereenkomst." ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

L'examen à effectuer par le juge pour rejeter l'abus de droit - Cass. 4 mars 2021

· Olivier Vanden Berghe

Le tribunal de première instance de Bruxelles, siégeant en appel, avait accordé au bailleur la résolution d'un bail commercial en décidant que « les retards importants et répétés dans le paiement des loyers constituent un manquement grave aux obligations contractuelles du locataire ». Le locataire avait défendu que cette résolution constituait un abus de droit. Il défendait qu’en choisissant la résolution du bail le bailleur tendait à lui faire perdre le bénéfice de l’exploitation du commerce et la réalisation de travaux importants et avait également fait obstacle à la cession du fonds de commerce et au profit qu’elle pouvait générer – 750.000 euros – sans réel avantage légitime pour le bailleur. Le tribunal estima toutefois que le bailleur n’exercait pas son droit d’une manière qui excèdait manifestement les limites de l’exercice normal de celui-ci par une personne prudente et diligente, et que la demande de résolution du contrat de bail n’était donc pas constitutive d’un abus de droit. Dans un arrêt du 4 mars 2021 la Cour de cassation a ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Kwalitatieve rechten gaan reeds over met de eigendomsoverdracht, een voorlopige oplevering is niet vereist - Cass. 14 mei 2021

· Olivier Vanden Berghe

Het hof van beroep te Gent had geoordeeld dat de kopers van een gebouw onder de Woningbouwwet (Wet Breyne) nog geen titularis waren van de vorderingsrechten tegen de architect, vermits de voorlopige oplevering nog niet had plaatsgevonden en het dus nog de bouwpromotor-verkoper was die titularis was van deze vorderingsrechten. Deze uitspraak werd vernietigd door het Hof van Cassatie in een arrest van 14 mei 2021 (C.20.0351.N). Krachtens artikel 4 en 5 Woningbouwwet gaan de rechten van de verkoper met betrekking tot het huis of appartement dadelijk op de koper over en geschiedt de overgang van de eigendom naarmate de bouwstoffen in de grond of in het gebouw worden geplaatst en verwerkt. Dat er nog geen voorlopige oplevering heeft plaatsgevonden, belet niet dat de eigendom van de grond en de opstallen reeds is overgegaan op de kopers ervan, met inbegrip van de rechten van de verkoper die nauw verbonden zijn met het gebouw. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Een derdenbeding mag de derde aan een verplichting onderwerpen - Cass. 14 mei 2021

· Olivier Vanden Berghe

Krachtens artikel 1121 (Oud) Burgerlijk Wetboek kunnen contractspartijen aan een derde een recht verlenen tot nakoming van een bepaalde prestatie vanwege een van hen (de belover). Dit recht ontstaat rechtstreeks uit de overeenkomst zonder de toestemming van de derde-begunstigde. In een arrest van 14 mei 2021 (C.20.0374.N) preciseerde het Hof van Cassatie dat een beding ten behoeve van een derde niet onverenigbaar is met een verplichting rustend op die derde. "De overeenkomst tussen bedinger en belover is de bron en de maat van de rechten van de derde-begunstigde", aldus het Hof van Cassatie, dat de woorden van De Page herneemt. Deze rechten van de derde zijn bijgevolg ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

De enkele verwijzing naar algemene voorwaarden volstaat niet voor hun toepasselijkheid - Cass. 14 mei 2021

· Olivier Vanden Berghe

In een arrest van 14 mei 2021 heeft het Hof van Cassatie herhaald dat de gebondenheid aan algemene contractsvoorwaarden vereist dat de wederpartij voor of bij de contractsluiting kennis had van deze voorwaarden of ten minste de mogelijkheid had om hiervan effectief kennis te nemen en zij hiermee heeft ingestemd. De bijzondere voorwaarden van een schuldsaldoverzekering bij arbeidsongeschiktheid vermeldden bovenaan dat zij samen met de algemene voorwaarden (met verwijzing naar een referentie)  een geheel vormen. Er was geen ondertekende overeenkomst en de verzekeringnemer stelde geen document te hebben ontvangen, maar de premies vermeld in deze bijzondere voorwaarden werden betaald en beide partijen erkenden het bestaan van de verzekeringsovereenkomst. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Nieuwe veroordeling van verkoopsweigering wegens misbruik van economische afhankelijkheid - Vz. Orb. Tongeren 16 april 2021

· Olivier Vanden Berghe

Na een beslissing van 28 oktober 2020 van de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank te Gent, is er een opnieuw een uitspraak (van 16 april 2021 van de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank van Antwerpen, afdeling Tongeren) die de staking beveelt van een verkoopsweigering op basis van misbruik van economische afhankelijkheid (art. IV.2/1 WER) en inbreuk op de eerlijke marktpraktijken  (art. VI.104 WER). Blaser en Mauser, Duitse fabrikanten van jachtgeweren reorganiseerden hun distributienetwerk om in de toekomst  rechtstreeks te verkopen aan de kleinhandel. Zij zegden in februari 2020 de overeenkomsten op met Hunting Supplies, hun verdeler voor de Benelux, met ingang op 1 juli 2020. Deze opzegging leidde tot een aparte procedure waarin Hunting Supplies vergoedingen vordert wegens de beëindiging van de concessies van alleenverkoop. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Het inroepen van een onontvankelijkheid pas na het verstrijken van de verjaringstermijn kan rechtsmisbruik uitmaken (Cass. 8 februari 2021)

· Olivier Vanden Berghe

Misbruik van recht bestaat in de uitoefening van een recht op een wijze die kennelijk de grenzen te buiten gaat van de uitoefening van dat recht door een bedachtzaam en voorzichtig persoon. In een arrest van 8 februari 2021 (S.20.0009.N) bevestigde het Hof van Cassatie een arrest van het arbeidshof te Gent dat oordeelde dat het procedureel gedrag van een verweerder rechtsmisbruik uitmaakte. ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Absence d’intérêt légitime (art. 17 C. Jud.) – deux arrêts récents de la Cour de cassation

· Olivier Vanden Berghe

Deux arrêts récents de la Cour de cassation traitent de la  condition de l’intérêt légitime pour agir en justice (art. 17 C. Jud.). Dans les deux cas un immeuble (repectivement une véranda et un chalet) érigé en contravention avec la règlementation urbanistique avait été endommagé ou détruit. Dans les deux cas la demande d’indemnisation avait été rejetée pour absence d’intérêt légitime, mais les motifs laissent entrevoir une éventuelle divergence entre les deux arrêts. Selon l’arrêt du 30 novembre 2020 de la troisième chambre, francophone (C.20.0008.F), « l’intérêt n’est pas légitime lorsque l’action tend au maintien d’une situation contraire à l’ordre public ou à l’obtention d’un avantage illicite. Le fait que la victime d’un trouble anormal de voisinage demande, non la réparation en nature de l’atteinte causée au bien érigé en contravention avec la réglementation urbanistique, mais une compensation pécuniaire, ne rend pas son intérêt légitime. » ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

Nieuw Burgerlijk Wetboek - Boek 5 "Verbintenissen" opnieuw voor de Kamer, met het oog op een snellere inwerkingtreding (en een opheffing van de B2B wet?)

· Olivier Vanden Berghe

Op 24 februari 2021 werd het wetsvoorstel van Boek 5 "Verbintenissen" van het nieuw Burgerlijk Wetboek in licht gewijzigde vorm opnieuw ingediend in de Kamer, samen met Boek 1 "Algemene bepalingen" waarnaar een aantal bepalingen van Boek 5 werden verplaatst (omtrent de rechtshandeling, de kennisgeving, de vertegenwoordiging en het rechtsmisbruik). De artikelen omtrent buitencontractuele aansprakelijkheid zullen in een Boek 6 komen. Verwijzend naar de B2C- en de recente B2B-regeling, bevat het wetsvoorstel een nieuw algemeen verbod op onrechtmatige bedingen, want "het zou paradoxaal zijn, en mogelijkerwijs strijdig zijn met het grondwettelijke gelijkheidsbeginsel, dat enkel de C2C-relaties worden uitgesloten van de bescherming geboden door de wet." De Memorie van Toelichting anticipeert trouwens reeds op de opheffing van de B2B regeling inzake onrechtmatige bedingen: "Het zal aan de wetgever zijn om, in het licht van de voorziene evaluatie van de wet van 4 april 2019 en de beoordeling ervan door de doctrine, te beslissen of deze wet moet worden gehandhaafd dan wel of de belangen van de vennootschappen niet al voldoende worden beschermd door de algemene bepaling die in Boek 5 is ingevoegd." ...

Lees de bijdrage

Algemeen handelsrecht

De buitengerechtelijke ontbinding van een overeenkomst vereist een uitdrukkelijke kennisgeving, kan niet stilzwijgend gebeuren - Cass. 11 december 2020

· Olivier Vanden Berghe

Artikel 1184, derde lid Oud Burgerlijk Wetboek, dat bepaalt dat de ontbinding van een wederkerige overeenkomst in rechte moet worden gevorderd, staat niet eraan in de weg dat, in geval van een wanprestatie die voldoende ernstig is, een partij de overeenkomst kan ontbinden door kennisgeving aan de andere partij en dus zonder rechterlijke tussenkomst. Dit was reeds bevestigd door het Hof van Cassatie in het arrest (van de Franstalige afdeling van de eerste kamer) van 23 mei 2019. Een nieuw arrest van 11 december 2020 (C.20.0210.N), ditmaal van de Nederlandstalige afdeling van de eerste kamer, bevestigt dit.  Het wijst terloops op de bestaansreden voor de rechterlijke toetsing van art. 1184, derde lid Oud BW ...

Lees de bijdrage