Having as author: . Library

Modifier votre recherche

Droit commercial général

L'atteinte à la jouissance d'un bien constitue un dommage, même sans aucun autre préjudice - Cass. 24 juin 2021

· . Library

Dans les années 80 une école avait fait appel à un entrepreneur, des architectes et des bureaux d'études pour la conception et exécution des bâtiments scolaires. Quelques années après la réception définitive, l'école a constaté, entre autres, que les différents matériaux utilisés à titre de remblais, avaient gonflé sous l'effet de l'humidité, déformant la cour de récréation. Le 9 avril 2019, la cour d'appel de Mons avait statué sur la responsabilité contractuelle des différents professionnels de construction. Elle avait constaté que les défauts étaient des vices graves au sens de l’article 1792 du Code civil, pour lesquels l'entrepreneur, les architectes ainsi que les bureaux d'études étaient responsables. En ce qui concerne l'évaluation des dommages, l'expert judiciaire avait constaté que les montants nécessaires pour la réparation du trouble de jouissance étaient extrêmement élevés en raison de contraintes d’ordre strictement technique, tandis que les désordres apparents restaient relativement minimes en termes de conséquences quant à la jouissance paisible du bâtiment eu égard au contexte constructif du site tout entier. La cour d'appel avait jugé que ...

Lire l’article

Droit commercial général

Het Hof van Cassatie spreekt zich uit over het onrechtmatig verkregen bewijs in burgerlijke zaken - Cass. 14 juni 2021

· . Library

De z.g.n. Antigoon-leer, die aan de rechter toelaat om onrechtmatig verkregen bewijs in bepaalde omstandigheden toch in aanmerking te nemen, werd in het leven geroepen in strafrechtelijke zaken door middel van een Cassatiearrest van 14 oktober 2003 (Arr.Cass. 2003, 1862). In een arrest van 10 maart 2008 (S.07.0073.N) paste het Hof van Cassatie de leer ook toe in het sociaalrechtelijk contentieux. In die beslissing stelde het Hof dat een onrechtmatig verkregen bewijs ", behoudens het geval van miskenning van een op straffe van nietigheid voorgeschreven vorm, (...) alleen mag worden geweerd wanneer de bewijsverkrijging is aangetast door een gebrek waardoor de betrouwbaarheid ervan wegvalt of waardoor het recht op een eerlijk proces in gevaar wordt gebracht. De rechter kan bij deze afweging, onder meer, rekening houden met één of meer van volgende omstandigheden: het zuiver formeel karakter van de onregelmatigheid; de weerslag op het recht of de vrijheid die door de overschreden norm zijn beschermd; de omstandigheid dat de overheid die met de opsporing, het onderzoek en de vervolging van misdrijven is belast, al dan niet de onrechtmatigheid opzettelijk heeft begaan; de omstandigheid dat de ernst van de inbreuk veruit de begane onrechtmatigheid overstijgt; het feit dat het onrechtmatig verkregen bewijs alleen een materieel element van het bestaan van de inbreuk betreft; het feit dat de onregelmatigheid die aan de vaststelling van de inbreuk voorafging of daarmee gepaard ging, volstrekt onevenredig is met de ernst van die inbreuk." Het geciteerde arrest van 10 maart 2008 had betrekking op de terugvordering van werkloosheidsuitkeringen door de RVA. Bovendien had deze beslising een strafrechtelijk tintje, aangezien de RVA bewijs verkregen had van de heimelijke tewerkstelling van een ontvanger van werkloosheidsuitkering via een inlichting van de politie met schending van het geheim van het opsporingsonderzoek. Er bestond dan ook enige terughoudendheid om deze leer onverkort in burgerlijke zaken toe te passen. 12 jaar later, in haar arrest van 14 juni 2021 (C.20.0418.N) schept het Hof van Cassatie duidelijkheid in een summier arrest. ...

Lire l’article

Droit commercial général

Het Hof van Cassatie spreekt zich uit over de verjaringstermijn bij vorderingen in toepassing van de Passagiersverordening - Cass. 11 juni 2021

· . Library

Verordening nr. 261/2004 van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten (hierna “de Passagiersverordening”) bepaalt in zijn artikel 7 de forfaitaire vergoedingen die een luchtvaartmaatschappij bij instapweigering en annulering verschuldigd is, behoudens in aanwezigheid van buitengewone omstandigheden. De Passagiersverordening bepaalt geen termijn voor het instellen van deze vordering. In zijn arrest Moré (HvJ 22 november 2012, nr. 139/11) oordeelde het Hof van Justitie dat de termijn waarbinnen de vordering tot compensatie dient te worden ingesteld, wordt bepaald aan de hand van het toepasselijke nationale recht. Voor België nam de meerderheid van rechtsleer en rechtspraak aan dat artikel 9, 4e lid van de wet van 25 augustus 1891 (hierna: “de Vervoerswet”) bijgevolg de verjaring beheerst. Deze bepaling werd thans verhuisd naar artikel X.49 van het Wetboek Economisch Recht, en luidt als volgt: “De rechtsvorderingen ontstaan uit de overeenkomst van personenvervoer, met uitzondering van die welke volgen uit een strafbaar feit, verjaren door verloop van één jaar.” In het vonnis van de Nederlandstalige ondernemingsrechtbank dat aanleiding heeft gegeven tot het besproken Cassatiearrest, werd de vordering tot compensatie op grond van de Passagiersverordening afgewezen aangezien zij meer dan een jaar na de uitvoering van de vlucht werd ingesteld, en dus verjaard was. ...

Lire l’article

Droit commercial général

La partie qui supporte la charge de la preuve d'un fait n'est pas tenue de réfuter les éléments invoqués par l'autre partie - Cass. 1 avril 2021

· . Library

Dans un arrêt du 1er avril 2021, la Cour de cassation a clarifié la portée de la charge de preuve. Un concédant avait envoyé un recommandé à son concessionaire et affirmait que ce recommandé contenait la lettre de préavis qu'il produisait. Le concessionaire affirmait que cet envoi recommandé ne contenait pas la lettre de préavis, et invoquait quelques éléments à l'appui de sa thèse. Sur base des explications données par le concédant suite à ces éléments apportés par le concessionnaire, le juge d'appel avait estimé, sur base de présomptions, que le préavis avait bien été notifié. ...

Lire l’article

Droit commercial général

La partie qui supporte la charge de la preuve d'un fait n'est pas tenu de réfuter les éléments invoqués par l'autre partie - Cass. 1 avril 2021

· . Library

Dans un arrêt du 1er avril 2021, la Cour de cassation a clarifié la portée de la charge de preuve. Un concédant avait envoyé un recommandé à son concessionaire et affirmait que ce recommandé contenait la lettre de préavis qu'il produisait. Le concessionaire affirmait que cet envoi recommandé ne contenait pas la lettre de préavis, et invoquait quelques éléments à l'appui de sa thèse. Sur base des explications données par le concédant suite à ces éléments apportés par le concessionnaire, le juge d'appel avait estimé, sur base de présomptions, que le préavis avait bien été notifié. ...

Lire l’article

Droit commercial général

De rechter dient niet ambtshalve na te gaan of een partij die niet verschijnt op de pleitzitting de neergelegde conclusies heeft ontvangen - Cass. 23 april 2021

· . Library

In een cassatiearrest van 23 april 2021 verschafte het Hof van Cassatie enkele verduidelijkingen aangaande de taak van de rechter wanneer een partij niet verschijnt op de pleitzitting. Luidens het verzoekschrift lag een nogal ongelukkig procedureverloop aan de oorzaak van het cassatieberoep. De verwerende partij in eerste aanleg was aanvankelijk vertegenwoordigd door een raadsman. Er volgde een vonnis waartegen de oorspronkelijke eisende partijen beroep instelden. Bij ontvangst van het beroepsverzoekschrift gaf de advocaat te kennen niet langer op te treden voor de oorspronkelijke verwerende partij. Er werden wel conclusietermijnen en een rechtsdag vastgesteld. De overige partijen legden beroepsconclusies neer, ...

Lire l’article

Droit commercial général

Verhoging van de rechtsplegingsvergoeding met 10% vanaf 1 juni 2021

· . Library

Luidens artikel 8 van het KB van 26 oktober 2007 tot vaststelling van het tarief van de rechtsplegingsvergoeding zijn de basis-, minimum- en maximumbedragen gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (basis 2004). Telkens wanneer het indexcijfer met 10 punten stijgt of daalt, worden deze bedragen met 10 procent vermeerderd of verminderd. De vorige verhoging dateerde van juni 2016. Nu de index van de consumptieprijzen van mei 2021 (basis 2004) 10 punten boven die van de vorige verhoging uitstijgt, ...

Lire l’article

Droit commercial général

Résolution (pour faute) pour les mêmes motifs que ceux invoqués dans une résiliation (avec préavis) antérieure - Cass 7 janvier 2021

· . Library

Dans un arrêt 7 janvier 2021 (C.20.0258.F) la Cour de cassation s'est prononcée sur la possibilité d'une résolution (pour faute) d'un contrat pour les mêmes motifs que ceux invoqués précédemment pour résilier ce même contrat avec préavis. En l'occurrence il s'agissait d'une concession de vente à durée indéterminée (Livre X du Code de droit économique) mais les enseignements de l'arrêt devraient logiquement s'appliquer à tous les contrats synallagmatiques. Le 26 mai 2015, le concédant avait communiqué au concessionnaire les résultats d’un audit révélant des irrégularités commises par le concédant. A défaut de justifications fournies par le distributeur, le concédant lui avait notifié, le 26 août 2015, la résiliation du contrat, avec effet au 31 août 2017. Par citation du 14 septembre 2016, le distributeur avait assigné le concédant devant le tribunal de l'entreprise de Liège en vue d'obtenir, entre autres, sa condamnation au paiement d'une indemnité compensatoire de préavis et d'une indemnité complémentaire de rupture. Dans l'intervalle, un nouvel audit avait été réalisé et de nouvelles irrégularités étaient apparues. Eu égard à ces irrégularités, le concédant avait formulé une demande de résolution judiciaire dans la procédure en cours. Le premier juge avait déclaré non fondées tant la demande du distributeur que celle du concédant. ...

Lire l’article

Droit commercial général

Volstaat het gebrek aan bewijs van het bedrag van de schade niet om de vordering tot schadevergoeding af te wijzen? (Cass. 5 maart 2021)

· . Library

In een arrest van het hof van beroep te Gent van 4 januari 2019 wezen de appelrechters een vordering van Telenet tegen een aannemingsbedrijf af, nu het bewijs van de schade onvoldoende werd geacht. Het hof van beroep vond dat er onvoldoende maatregelen waren genomen om de schade tegensprekelijk vast te stellen, en bevond de stukken die ter staving van de schade werden voorgelegd, te eenzijdig om als afdoende bewijs van het bedrag van de schade te worden aangenomen. Het stond wel vast dat er een bepaalde schade moest zijn geweest, nu het geschil betrekking had op een door graafwerken beschadigde telecominstallatie. Het Hof van Cassatie vernietigde op 5 maart 2021 (C.20.0166.N) dit arrest op volgende gronden: "de rechter die het bestaan aanneemt van schade, veroorzaakt door een fout in de zin van artikel 1382 Oud Burgerlijk Wetboek, kan de vordering tot vergoeding van die schade niet afwijzen op de enkele grond dat de benadeelde het gevorderde bedrag niet bewijst."  ...

Lire l’article

Droit commercial général

De koper van aandelen kan bij onjuiste verklaringen niet zonder meer de vergoeding eisen van de door de vennootschap geleden schade (Cass. 4 december 2020)

· . Library

In een arrest van 4 december 2020 (C.19.0342.N) verschafte het Hof van Cassatie enkele verduidelijkingen voor de bepaling van de schadevergoeding voor een koper van aandelen, indien de verklaringen (“representations and warranties”) van de verkoper in de aandelenverkoopovereenkomst naderhand onjuist blijken te zijn. Bij een overeenkomst tot overdracht van aandelen hadden de verkopers onder meer verklaard dat: - het uitstaand saldo aan facturen die de doelvennootschappen hadden uitgeschreven, ten belope van 368.459,86 EUR, door de relevante schuldenaren zou worden uitbetaald binnen 6 maanden na de vervaldag; - de jaarrekening van de doelvennootschappen overeenkwam met hun financiële situatie en conform de geldende wetgeving was opgesteld. Deze verklaringen bleken uiteindelijk niet correct te zijn: ...

Lire l’article